Praktijk voor beeldende begeleiding

De taal van beelden

Als woorden tekort schieten

Verbinden met het "vitale" deel

Als woorden tekort schieten, biedt de taal van beelden – vaak onverwacht – een andere ’taal’ om zich te kunnen uiten.

Als het aanreiken van Beeldende begeleiding bij iemand een snaar doet trillen, breng ik een diversiteit aan beeldende materialen naar de kamer, zodat mensen kunnen voelen wat tot hun hart spreekt. Opeens zijn daar: de vloeiende verf, de zachte klei, het mooi gekleurde papier, de afbeeldingen van de mandala’s, doosjes in vele vormen en maten … Het materiaal kan iemand als het ware “uitnodigen”. Het roept beelden op, associaties, eigen betekenissen. Met elkaar kijken naar de materialen doet ook iets in het contact tussen de gasten van het hospice en mij als begeleider: het wordt informeler en tegelijk komt er ’terloops en als vanzelf ‘ ruimte voor verdieping.

Beeldende begeleiding gaat niet om dagbesteding, therapie of om het maken van kunst, ook is het niet bedoeld als een middel om tot een gesprek te komen. Bezig zijn met vormen, kleuren, beelden en symbolen doet beroep op het non-verbale, op het gevoelsmatige, op het hart, op plezier en het maakt verbinding met het ‘vitale deel’ van mensen: hun essentie die los staat van hun ziekte. Het vorm-geven met beeldend materiaal is is nooit een doel op zich, maar altijd dienstbaar aan het proces van de mensen die ik ontmoet.

Interview met Karin op de website van Landelijk Expertisecentrum Sterven.

Wat mensen zelf zeggen

Wat brengt Beeldende begeleiding mensen aan het levenseind?

  • innerlijke rust
  • diepe verbinding met naasten
  • zich kunnen uiten
  • genieten
  • troost putten uit mooie beelden
  • ondersteuning in verwerken
  • eigenheid kunnen ervaren: “voor even geen patiënt zijn”
  • troost door iets persoonlijks te kunnen nalaten
  • zingeving / zin ervaren
  • terugblikken op het leven en wat van waarde was en is

(bron: Kleur in de laatste levensfase. Handreiking voor de verankering van beeldende begeleiding binnen de palliatieve zorg in hospice(units). Stichting Leerhuizen Palliatieve zorg, januari 2016)

Karin Brandt over de betekenis van beeldende begeleiding

Moeten mensen creatief zijn?

Ik ontmoet in de hospices zeker ook wel eens creatieve en kunstzinnige mensen. Vaak, niet altijd, geven deze mensen aan niets meer op dit vlak te willen doen, omdat ze niet meer kunnen wat ze eerder nog wel konden. Wel doet het dan goed te praten over hun kunst en wellicht foto’s of werk te bekijken.

Maar de meeste mensen die ik begeleid zijn zelden of nooit creatief geweest in hun leven. Het kan tijdens Beeldende begeleiding gebeuren  dat mensen die nog nooit geschilderd hebben het wel eens willen proberen. Dat mensen die sinds de kleuterschool geen klei meer in hun handen hebben gehad, graag een beeldje willen maken.

Zoals mensen verschillende woorden gebruiken om zich uit te drukken, zo is dat ook met de beeldentaal. Vorm en materiaal moet precies passen bij iemands gevoel en wens. Daarom is afstemming op en aansluiting bij de beeldende vorm die de ander voor ogen staat uitermate belangrijk. Als Beeldend begeleider is het breed aanreiken van beeldende mogelijkheden essentieel. Bijvoorbeeld: schilderen met verschillend materiaal, een mandala kleur geven, boetseren, een brief, gedicht of stuk levensverhaal opschrijven, een sieraad, boekje, kaart of symbolisch geschenk maken.

Alleen voor jonge mensen met voldoende kracht?

“Mijn patiënten zijn te ziek, te moe. Wie heeft daar nou zin in in deze periode van het leven, waarin zoveel gebeurt en emoties vaak hoog opspelen?” Zo reageren zorgverleners dikwijls als ik vertel dat ik mensen in de laatste levensfase beeldend begeleid.

De ervaring van afgelopen jaren in de hospices waar Beeldende begeleiding onderdeel uitmaakt van de zorg is anders: een groot deel van de gasten van het hospice staat open voor Beeldende begeleiding. Ze willen er graag meer over horen en voelen zich aangesproken door het idee iets te kunnen maken en geven aan dierbaren. Een gebaar van liefde en dank te kunnen maken. Iets persoonlijks te kunnen nalaten.

Beeldende begeleiding is niet alleen voor jonge mensen. De jongste hospicegast die ik heb begeleid was 25, de oudste 93. Voor mensen die erg zwak of moe zijn, heb ik materialen die betekenisvol zijn, maar weinig tot geen lichamelijke activiteit vragen.

Voorbeeld uit het hospice

Ik ontmoette een kwetsbare mevrouw met een jonge dochter. In de kennismaking reageerde mevrouw ontroerd op het idee dat ze iets kon maken voor haar kind.

“Het is mooi en moeilijk tegelijk,” zei ze tegen mij. “Mooi om iets persoonlijks aan haar te kunnen geven. Maar ook moeilijk, omdat dit mijn laatste cadeau zal zijn.” Ze was heel zwak en we bedachten met elkaar iets dat haalbaar, prettig en betekenisvol voor haar was. Ze koos een bedeltje van een hart en samen maakten we een eenvoudige armband voor haar dochter. Mevrouw koos de kralen, ik reeg ze voor haar. Het armbandje met het hartje ging in een mooi doosje. Mevrouw gaf het de volgende dag aan haar dochter. Het was een intiem en warm moment. Kort hierna is mevrouw overleden.

Het verhaal van twee gasten in het hospice